Nicolaas Verburg

Nicolaas Verburg (Delft, ca. 1620 – aldaar, 11 november 1676) was van 1649 tot 1653 gouverneur van Formosa, en van 1668 tot 1675 directeur-generaal van de Vereenigde Oostindische Compagnie in Batavia .

Verburg vertrok als aspirant koopman uit Delft en kwam op 20 juli 1637 op het schip 's-Hertogenbosch in Batavia aan. Hij werkte zich op in de hiërarchie van de VOC. Hij was in 1640 werkzaam in Suratte en werd 13 september 1642 bevorderd tot koopman. In november 1642 en ook in 1645 was hij te Agra, een handelscentrum voor indigo, zijde en katoen. In 1646 werd hij opperkoopman. Hij kreeg met Willem Bastinck de opdracht om de relatie met de sjah van Perzië te herstellen[noot 1][1] en volgde Wollebrant Geleyns de Jongh op als directeur van de handelsmissie in Gamron, centrum van handel in zijde, rozenolie en wol in Perzië. Hij keerde in 1649 vanuit Perzië terug naar Batavia en werd benoemd tot gouverneur van Formosa.[2] Op Formosa kwam hij in conflict met de predikant Daniël Gravius. Omdat hij in dat conflict niet in het gelijk werd gesteld door het bestuur in Batavia bood hij zijn ontslag aan (1652).[3] In 1653 volgde Cornelis Caesar hem als gouverneur op, en op 11 januari 1654 was Verburg terug in Batavia. Aanvankelijk was hij er hoofd van openbare werken.[4] In hetzelfde jaar werd hij extra-ordinaris lid[noot 2] van de Raad van Indië, en drie jaar later volwaardig lid. Van 1667 tot 1675 was hij directeur-generaal van de raad.[noot 3] Bovendien was hij president van de schepenen te Batavia. Verburg vertrok 1675 als admiraal van een retourvloot op het schip Ternate naar Nederland. Hij was door privéhandel een welgesteld man geworden en nam goederen ter waarde van 3,4 miljoen gulden mee. De Ternate arriveerde 16 juli 1676 op Texel.[5] Verburg stierf echter binnen een halfjaar na aankomst en werd in de Oude Kerk in Delft begraven.

Nicolaas Verburg was getrouwd met Maria van Santen, dochter van Pieter van Santen, burgemeester van Delft. Zij stierf op 17 november 1676, een week na de dood van haar echtgenoot.[6] Zij hadden een dochter, Adriana (1662-1732), die in februari 1677 op 14-jarige leeftijd trouwde met Gerard Putmans (1641-1698), de 35-jarige zoon van Hans Putmans, eveneens voormalige gouverneur van Formosa.

Bronnen, noten en/of referenties
  • Verburgh, Nicolaas. Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 7(1927)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen
  • Hamel, Hendrik (1920) Verhaal van het vergaan van het jacht De Sperwer en van het wedervaren der schipbreukelingen op het eiland Quelpaert en het vasteland van Korea (1653-1666) met eene beschrijving van dat rijk. De Linschoten-vereeniging XVIII
  • Wijnaendts van Resandt, W. (1944) De gezaghebbers der Oost-Indische Compagnie op hare buiten-comptoiren in Azië Amsterdam: Uitgeverij Liebaert

Noten
  1. Omdat de sjah niet alleen de prijs van de zijde bepaalde, maar ook de af te nemen hoeveelheid, wat de VOC-bestuurders niet beviel, werd in 1645 tot geweld overgegaan. De sjah leek daarna tot gunstiger voorwaarden bereid. Toen echter in 1647 Nicolaas Verburg en Willem Bastinck met een verzoekschrift naar Perzië werden gestuurd, had dit toch maar weinig resultaat. Tijdschrift voor Geschiedenis, 57e jaargang (1942) p. 14
  2. Een extra-ordinaris lid was een hoge functionaris van de Compagnie die wel vergaderingen van de Raad van Indië mocht bijwonen maar geen stemrecht had
  3. De directeur-generaal was na de gouverneur-generaal de tweede persoon in de VOC; hij had het toezicht over alle handel van de Compagnie in Azië.
Referenties
  1. Inventaris van het archief van Wollebrand Geleynssen de Jongh, 1612-1648 Wollebrand Geleynssen de Jongh. Directeur van Compagnie's handel in Perzië. 1645-1647.. Nationaal Archief
  2. How Taiwan Became Chinese
  3. Ginsel, W.A. (1931) De Gereformeerde Kerk op Formosa of de lotgevallen eener handelskerk onder de Oost-Indische Compagnie 1627—1662 Leiden: Boek- en Steendrukkerij P. J. Mulder & Zoon (blz 67)
  4. Muller, H.P.N. (1917) De Oost-Indische Compagnie in Cambodja en Laos De Linschoten-Vereeniging XIII (blz 356, zie noot 1)
  5. Details of voyage 5686.3 from Batavia to Texel. The Dutch East India Company's shipping between the Netherlands and Asia 1595-1795
  6. E. A. Van Beresteyn (1938) Grafmonumenten en grafzerken in de Oude Kerk te Delft. Assen: Van Gorcum & Comp. N.V. - Uitgevers